Print

Het was vroeger traditie om diegene die op de zaterdag voor Pinksteren het laatst uit bed kwam, eruit te jagen en tot luilak te bekronen. De luilak moest vervolgens het hele gezin trakteren op warme broodbollen op eerste pinksterdag.

Wat heb je nodig: 1 zakje instant gist. 150 ml lauwe melk, 250 gram bloem, snufje zout, 1 g basterdsuiker, 50 g boter, handje rozijnen, handje krenten, theelepel kaneel, 1 ei. 

Doe al de ingredienten tot aan de rozijnen bij elkaar in een kom en kneed een soepel deeg. Maak en bol en zet een half uur onder een warme en natte doek op een rustige plek te rijzen. Was de rozijnen en de krenten en laat uitlekken. Denk aan de stokjes bij de krenten. Die blijven vaak erg hard. Als het deeg klaar is met rijzen, sla het dan weer in en voeg de rozijnen, krenten en het kaneel toe. Meng het goed en zet daarna weer onder de doek voor 15 min. Bekleed de bakplaat met bakpapier en leg 10 bolletjes deeg op de bakplaat. Knip de bolletjes aan vier kanten in. Laat ze nogmaals 15 min rijzen. Verwarm de oven voor op 240 graden. Bestrijk de bollen met het losgeklopte ei. Na 20 min in de oven zijn ze klaar.